u  bent hier: > home  > nordic walking  > nordic walking technieken  
  Op deze pagina lees je over de verschillende fases bij nordic walking ... 
  
   
  
  
    
      FASE 1  rechterarm  is naar voren en licht gebogen terwijl de pole in               een hoek wordt vastgehouden. linkervuist  is achter de heup en de linkerarm  strekt zich uit naar achteren als men zich afzet met de               pole. 
          rechterbeen  is gestrekt en de teenafzet is krachtig. linkerbeen  is voorwaarts geplaatst en de hiel  maakt als eerste contact               met de grond om een nieuwe pas te beginnen.
         
 
  
   
  
   
  
  
    
      FASE 2  
         rechterarm-pole  afzet en de linkerbeen  afzet vinden gelijktijdig  plaats.  vuisten  van de handen bewegen om beurten, langzaam naar voren                tot voor het lichaam. rechterpole-afzet  start zo
          dra de pole de               lijn van de heupen passeert.  linkerarm  onderlangs               naar voren met de vuist en de pole-grip als eerste. linkerbeen  en de pole van de rechterhand .  rechterbeen  wordt licht gebogen in de knie tot aan het moment               dat het rechterbeen het linkerbeen passeert.
         
 
  
   
   
  
   
  
  
    
      FASE 3  
         rechterarm  zichzelf uitstrekt. volledige armstrekking  te komen, opent u de palm van de               rechterpole via               de handriem. 
          (=hand waarmee de uiteindelijke afzet gemaakt wordt) linkerhand  en pole langzaam op naar voren               met een ongeveer gestrekte arm. linkerbeen  is uitgestrekt tot               aan de voorvoet terwijl men zich afzet van de grond. rechterbeen  voorwaarts gebracht en begint met de hiel  aan een               nieuwe pas. linkerhiel  om te beginnen aan een               nieuwe stap.
         
 
  
   
   
  
   
   
  
  
    
      FASE 4  
         rechterhand  eindigt met een open handpalm  en               de arm  zo goed als helemaal uitgestrekt . linkerarm . linkerbeen  eindigt               zijn inspanning en het gewicht gaat over van de linkervoorvoet naar               de rechterhiel. lichaam  leunt ondertussen licht naar voren. 
         
 
  
   
  
   
   
  
  
    
      NORDIC WALKING UPHILL  
        omhooggaan  op een heuvel,               leunt het lichaam iets meer naar voren  dan gewoonlijk. armen  is krachtiger, terwijl de spieren aan de achterkant van               het dijbeen  en de kuitspieren  meer worden aangespannen. groot  te houden op het hellende  vlak. bovenlichaam . beginners  omdat hierbij een correct gebruik van de armen               wordt aangeleerd.
         
 
  
   
  
  
   
  
  
    
      NORDIC WALKING DOWNHILL  
         afgaat  wordt               de pas korter en het centrum van de zwaartekracht wordt lager  gehouden. knieën  zijn hierbij constant licht gebogen en de voet  wordt               niet langer volledig afgewikkeld bij de laatste fase van de afzet. gewicht  wordt verdeeld tussen de pole-plaatsing op de grond en               de hiel van de tegenoverliggende voet.  meer druk  er op de pole               gezet wordt, des te minder  is het gewicht op het tegenoverliggende been . voeten  zijn constant in een afremmende positie en de hielplaatsing  is het belangrijkste moment bij het omlaaggaan. nooit  voor het lichaam gebracht. 
         
 
  
  
  
   
   
    
  
   
   
  druk hier